‘Vrienden tegen wil en dank’ van Wilma Borgman en Max van Weezel
“De partijen die hier staan zijn heel verschillend, maar feit is dat bij de verkiezingen deze twee partijen het grootst zijn geworden en de kiezer daarmee heeft gezegd: u zult het met elkaar moeten doen”, aldus Mark Rutte bij de start van kabinet-Rutte II. In ‘Vrienden tegen wil en dank’ beschrijven Wilma Borgman en Max van Weezel deze kabinetsperiode, met een onwaarschijnlijke coalitie van de tegenpolen VVD en PvdA. Toch werd dit kabinet de langstzittende regering sinds de oorlog en dat in een tijd waarin de gevolgen van de financieel-economische crisis nog goed voelbaar waren. Dit kabinet durfde het aan om grote hervormingen door te voeren, ook al hadden ze daarvoor wisselende meerderheden nodig. Zo sloten ze het herfstakkoord met de drie constructieve oppositiepartijen D66, CU en SGP, een woonakkoord, zorgakkoord, onderwijsakkoord en verschillende andere akkoorden met de sociale partners. In historisch perspectief was Rutte II een succesnummer, aldus de auteurs: zo werkten de bewindspersonen van Rutte II hard om het land door de crisis te loodsen, daalde de werkloosheid en groeide de economie. Toch wordt Rutte II niet altijd zo herinnerd en door sommigen zelfs benoemd tot ‘het kabinet van gemiste kansen’.
Je vindt de volledige recensie op onze Facebookpagina.