De turbulente carrière van Camiel Eurlings
Hoge pieken en diepe dalen. Dat typeert de carrière van Camiel Eurlings. In het begin nog het jongste gemeenteraadslid ooit van Nederland, nu een naam die mensen vaak alleen nog kennen van schandalen. De CDA-kroonprins heeft op zijn 45ste genoeg meegemaakt om drie levens te vullen en is daarom een ideaal persoon om een biografie over te schrijven. Er was alleen één obstakel voor potentiële auteurs: zowel Eurlings zelf als zijn familie wilde op geen enkele manier meewerken aan een biografie. Sonny Motké maakte deze alsnog door te praten met meer dan 200 personen die Eurlings kortere of langere tijd meemaakten.
De carrière van Eurlings begon dermate goed, dat het de droomcarrière van elke politicus leek. Eerst het jongste gemeenteraadslid ooit van Nederland, toen via voorkeurstemmen de Tweede Kamer in, daarna een tussenstop in Brussel als delegatieleider om uiteindelijk de op twee na jongste minister ooit te worden. Hij was op dat moment de gedoodverfde opvolger van Jan Peter Balkenende om het CDA te gaan leiden en premier van Nederland te worden. Maar in 2010 stapte Eurlings tot iedereens verbazing uit de politiek om zich meer te richten op zijn gezin. Het begin van de ondergang van de carrière van Eurlings.
Eurlings heeft altijd grote moeite gehad om de balans te vinden tussen werk en privé. Hij koos altijd voor één van de twee en ging daar dan ook volledig voor. Ook hier was dat het geval. Hij koos voor zijn gezin maar een paar weken daarna bleek zijn vriendin een ander te hebben en gingen ze uit elkaar. Om dit te verwerken dook Eurlings meteen weer het werk in en begon hij met een topfunctie bij KLM, waar hij al snel klom tot de allerhoogste positie. Door het wegblijven bij vergaderingen en het niet kunnen nemen van beslissingen werd hij hier in 2014 ontslagen.
Uiteindelijk kreeg hij een functie bij NOC*NSF en bij het Internationaal Olympisch Comité. Daar verliepen zijn werkzaamheden goed, en was iedereen zeer tevreden over hem. Maar op een avond na een verjaardagsfeestje waarin de irritaties tussen Eurlings en zijn vriendin Tessa Rolink flink opliepen, vonden er ‘handtastelijkheden over en weer plaats’. Volgens Eurlings wat duw- en trekwerk, maar Rolink zegt tegen de grond te zijn gewerkt met de nodige kwetsuren als gevolg. Uiteindelijk deed ze aangifte. Doordat Eurlings werk en privé moeizaam kon combineren deed hij geen duidelijke uitspraak dat hij onschuldig is, waardoor zijn positie uiteindelijk niet meer te redden was. Een nieuw ontslag volgde.
Daarna verdween Eurlings voor bijna iedereen van de radar. Motké probeerde hem te vinden maar strandde bij een adres in Malta waarvan in het boek niet duidelijk wordt of Eurlings daar ook echt woont of woonde. Twee weken na de verschijning van het boek werd Eurlings echter gevonden op de site van een investeringsbedrijf uit Malta. Of wij in Nederland ooit nog iets van de nog maar 45 jaar jonge Eurlings gaan meemaken is de vraag. Maar hij heeft in ieder geval genoeg meegemaakt om een meer dan 400 pagina’s tellend boek te vullen, zonder dat het saai of langdradig wordt. Het is een goed geschreven boek over een zeer interessant persoon en zeker een aanrader voor iedere geïnteresseerde!